Groente en fruit voor cavia’s
- witlof.
- paprika.
- tomaat.
- selderij.
- andijvie.
- komkommer.
Welke groente mag cavia niet?
Welke groentes mogen niet aan cavia’s gevoerd worden? – Wat giftig is voor je cavia is rabarber, ui, champignons en prei. De groentes die je geeft mag je nooit koken en ze moeten vers zijn! Ook noten, zaden en zuivel zijn niet goed voor je cavia en mag je dus niet geven. Gelukkig is er voldoende lekkers om te geven en wil je je cavia nu eens écht verwennen? Geef hem dan wat peterselie.
Welke groenten vinden cavia’s lekker?
Welke groente & fruit geven? – Probeer zoveel mogelijk te variëren met soorten groenten en fruit. Net als mensen, vinden cavia’s het niet leuk om bijv. alleen maar andijvie te krijgen. Cavia’s stellen keuze (uit meerdere soorten groente per keer) en variatie zeer op prijs! Je kunt cavia’s o.a.
- Andijvie, witlof, wortel, paprika, rucola, brocolli geven.
- Zolang je in het begin kleine beetjes geeft om te zien of je cavia’s er geen diarree van krijgen.
- Geef in ieder geval geen sperziebonen, aubergine, courgette, of aardappel.
- Voor alle groenten- en fruitsoorten geldt: geef met mate.
- Vooral fruit en groenten als bloemkool, broccoli, spinazie en sla moet je niet te veel geven, maar ook ‘veilige’ groenten moeten afgewisseld worden.
Geef bijvoorbeeld nooit alleen maar andijvie en witlof, maar het liefst minimaal 4 soorten groenten per keer.
Wat mag een cavia onbeperkt eten?
Aandachtspunten –
Voorkom tocht en vocht! Cavia’s kunnen niet tegen extreme koude, warmte of regen. Ze zijn zéér gevoelig hiervoor en kunnen snel dood gaan aan een longontsteking! In de winter moeten ze in een tocht- en vorstvrije schuur staan of binnenshuis worden gehouden. Pas ook op in de zomer. Een cavia moet kunnen schuilen in de schaduw! Anders kan hij oververhit raken door de felle zon en zelfs dood gaan. Let erop dat de kooi ook niet te dicht tegen de verwarming aan staat. De optimale temperatuur is tussen de 18 en 26 graden. Cavia’s zijn van nature groepsdieren. Het is dus beter voor de welzijn van het dier om meer dan één cavia te houden! Een caviahok moet voldoende ruim zijn, bijv.120 x 50 cm. Het is aan te raden meerdere schuilplaatsen in het hok te creëren, ook een slaaphokje, omdat ze zich in de natuur verstoppen als ze schrikken of bang zijn. Cavia’s zijn knaagdieren. Ze kunnen knagen op bijv. fruitbomen, wilgentakken en kiem- of wortelhout. Vermijd giftige planten of bomen! Een gezonde cavia eet wel 60 keer per dag. Hierom is het belangrijk dat uw cavia altijd iets te eten heeft in zijn hok. Mocht uw cavia een dag niets eten dan is er echt iets mis. Neem dan zo snel mogelijk op, om uw cavia te controleren, vooral gebitsproblemen komen regelmatig voor bij cavia’s. Cavia’s hebben, net als konijnen, twee verschillende soorten keutels: grote harde en kleinere zachte. De (bekende) hardere keutels worden overdag geproduceerd. De zachte keutels die ‘s nachts worden geproduceerd, eten ze op en gaan voor een tweede keer het maagdarmkanaal door om alle voedingsstoffen op te kunnen nemen. Qua voeding mogen cavia’s onbeperkt hooi eten (GEEN alfa- of klaverhooi! Maar liever grashooi, zoals timothy hooi of meadow hooi), daarnaast mogen ze 75 gram groente /per kg lichaamsgewicht / per dag en maximaal 25 gram krachtvoer / per kg lichaamsgewicht / per dag. Groenten die ze kunnen eten zijn: gras, mais, paprika, peterselie, radijs(blad) (wilde) spinazie, witlof of wortelloof. Groenten die diarree en zachte keutels tot gevolg kunnen hebben zijn: komkommer, paksoi sla en tomaat. Deze groenten liever maar af en toe geven en in kleine hoeveelheden. Traktaties die je af en toe mag geven zijn: alfalfa (met mate!), andijvie (met mate!), artisjok, asperge, bietenblad, bleekselderij, broccoli, paardenbloem, pompoen, spruiten van linzen/bonen/erwten, taugé, venkel, wortel en fruit zoals aardbei, peer of banaan. Het is beter om het dieet te variëren qua groenten en fruit. Geef ook niet teveel van hetzelfde. Schoon en vers water moet altijd beschikbaar zijn. Mooi groen en lekker geurend hooi zou ten allen tijde beschikbaar moeten zijn. Hooi is niet alleen goed voor de vertering, maar ook voor de tanden en kiezen. De snijtanden en kiezen van een cavia groeien namelijk het gehele leven door.
: Cavia
Wat mag een cavia elke dag eten?
Voeding ca Cavia’s ontwikkelen al op vroege leeftijd dieet voorkeuren. Later in hun leven kunnen ze veel moeite hebben met veranderingen van voedsel! Zelfs veranderen van merk kan dan leiden tot weigeren van voedsel. Het is daarom aan te raden om jonge cavia’s verschillende soorten voer en groenvoer aan te bieden zodat ze hier gewend aan kunnen raken.
- Het hoofdvoedsel van een cavia behoort hooi en vers groenvoer te zijn.
- Het dier moet elke dag onbeperkt hooi van goede kwaliteit krijgen.
- En elke dag verse groente.
- Als groenvoer kan gegeven worden o.a.: andijvie, broccoli, venkel, bleekselderij, selderieknol, witlof, veldsla, sla, andijvie, witlof, paardenbloemblad, wortel, wortelloof en gras.
Een cavia mag ook fruit krijgen, maar slechts in kleine hoeveelheden, zoals bijvoorbeeld een klein stukje appel. Geef geen prei, uien, bieslook, bonen, erwten, maïs en kool, dit kan voor teveel gasvorming in de buik zorgen.Hooi en groenvoer kunnen worden aangevuld met een kleine hoeveelheid droogvoer: maximaal 1 a 2 theelepels pelletvoer of gemengd voer voor cavia’s.
Een jonge cavia (tot 6 maanden) mag eten wat hij wil. Bij Dierenkliniek De Wetering is een pelletvoer verkrijgbaar dat precies is afgestemd op de behoeften van uw cavia. Deze pellets voorkomen selectief eten. Veel cavia’s eten alleen de lekkere dingen uit hun bakje, met dit pelletvoer kan dat niet meer.Dit smakelijke voer heeft een hoog vezel gehalte wat de darmmobiliteit stimuleert, het bevordert slijtage van de tanden en kiezen en zorgt voor een gezonde spijsvertering.
Het heeft een positief effect op de blinde darm, waar de zachte ontlasting worden geproduceerd die uw cavia op zal eten, welke veel vitamines bevat. Het voer heet Supreme Selective en is bij Dierenkliniek De Wetering te koop. Als u net een cavia heeft aangeschaft, moet de cavia nog een tijdje het ‘oude’ voer eten, wat u langzamerhand kunt gaan mengen met het voer dat u wilt gaan geven.
- Zo kunnen de darmen van het dier aan het nieuwe voer wennen.Cavia’s zijn, net als mensen, in tegenstelling tot veel andere dieren, niet in staat zelf vitamine C te maken.
- Het is dus erg belangrijk dat ze dagelijks voldoende vitamine C via hun voeding binnen krijgen! Alle verse groenten bevatten vitamine C, maar een aantal groenvoeders bevat zeer veel vitamine C, zoals bijvoorbeeld paprika en peterselie.Vitamine C toegevoegd aan droogvoer is instabiel en maar zeer beperkt houdbaar.
Dit is dus geen goede bron voor vitamine C! Ook wordt er wel vitamine C toegevoegd aan het drinkwater, maar op deze manier is de hoeveelheid die opgenomen wordt lastig te controleren. De meest betrouwbare methode om vitamine C te geven is door de cavia vitamine C tabletjes te geven (1 tabletje van 50 mg) of rozenbottelsiroop.
Denk eraan dat bij stress, ziekte, dracht of lactatie de behoefte ook toeneemt (normale behoefte aan vitamine C: 10 mg/kg lichaamsgewicht, tijdens dracht 30 mg/ lichaamsgewicht).Schoon en vers water moet altijd beschikbaar zijn! Daarnaast is het belangrijk dat er voldoende mogelijkheden om te knagen zijn! Geschikt hiervoor zijn bijvoorbeeld bepaalde houtsoorten.
Geschikte houtsoorten zijn: o.a. fruitbomen, wilgen en kiem- of wortelhout (terrarium afdeling van dierenspeciaalzaak). Vermijd giftige bomen! Cavia’s hebben net als konijnen 2 verschillende soorten ontlasting. Naast de bekende harde keutels produceren ze ook kleine zachte keutels.
- Deze keutels eten ze weer op en dit gaat dan voor de 2e keer door het maagdarmstelsel.
- Plantencellen hebben een lastig verteerbare wand.
- In de dikke darm zorgen bacteriën voor de vertering, maar de voedingsstoffen en vitamines die zo ontstaan, kunnen daar niet meer opgenomen worden.
- Door deze voedingsrijke ontlasting op te eten, krijgt de cavia alsnog deze voedingsstoffen binnen.
: Voeding ca
Hoe vaak moet je de kooi van een cavia verschonen?
Hoe vaak moet je het caviahok schoonmaken? Verschoon de kooi, drinkfles (inclusief nippel) en voerbakjes minstens een keer per week. Geef je cavia’s dagelijks schoon water en haal de restjes groenvoer iedere dag weg.
Kunnen cavia’s banaan eten?
Variatie – Wat eten cavia’s nog meer naast groenten? Cavia’s eten ook aardbei, appel, banaan, rozenbottel en bladeren van paardenbloemen. Zo kunt u variatie aanbrengen in welk voedsel u uw cavia geeft.
Is brood goed voor cavia’s?
Veel konijnen en cavia’s krijgen brood. Dit bevat veel koolhydraten en komt niet ten goede aan de gezondheid van uw konijn/cavia. Laat het brood dus liever achterwege.
Kunnen cavia’s komkommer eten?
Wat eet een cavia? – Het ideale dieet van een cavia bestaat uit ruw-, groen- en hardvoer of standaard caviavoer en extra vitaminen C. Je mag je cavia een gevarieerd maar beperkt aanbod van groenten, fruit en verse kruiden geven. Geef je cavia geleidelijk aan groenten aangezien hij last van zijn darmen kan krijgen.
Oolsoorten, ijsbergsla en komkommer kunnen diarree veroorzaken. Je kan je cavia witlof, paprika, tomaat, selderij en andijvie geven. Ook aardbei, appel, banaan, rozenbottel en bladeren van paardenbloemen zijn goed voor je cavia. Geef je cavia onbeperkt vers hooi om zijn maag-darmkanaal te stimuleren. Ook biks pelletvoer zijn goed voor je knaagdier.
Geef je cavia twintig tot dertig gram per kilogram lichaamsgewicht. Net als de mens kan een cavia zelf geen vitamine C aanmaken. Je kan een tekort opvangen door je cavia dagelijks 50 milligram vitamine C of pelletvoer met extra vitamine C te geven. Als extraatje kan je je cavia hard oud brood of wilgentakken geven.
Kunnen cavia’s verdrietig zijn?
EEN OVERLEDEN CAVIA Na een lang ziekbed met intensieve zorg heb jij je best gedaan, maar heeft jouw cavia het toch niet gered. Het gebeurt. Ook kan het zijn dat jouw cavia gisterenavond nog de vrolijke bedelende snoepkont was, maar dat je jouw lieverd vanochtend levenloos in het verblijf aantrof.
Ook dat gebeurt. Net als ook andere verwachte en onverwachte gebeurtenissen omtrent het overlijden van een cavia plaatsvinden. Terwijl vooral jouw verdriet overheerst, zijn er wat praktische zaken die fijn zijn om alvast te weten. Op deze pagina lees je meer over afscheidnemen en wat je kunt doen met de achtergebleven huisgenoot van jouw cavia en het stoffelijk overschot.
Moet een caviamaatje ook afscheid nemen van de overleden cavia? Cavia’s zijn groepsdieren en leven dus met een andere soortgenoot (of meerdere dieren) in een verblijf. Veel eigenaren laten het maatje vaak nog even bij het overleden dier, zodat de achterblijver afscheid kan nemen.
- Of het nodig is of het andere dier helpt is niet evident.
- Voor ons mensen is afscheid nemen van belang en dus zou het ook een rol kunnen spelen bij dieren.
- Feitelijk is het belang ervan bij cavia’s niet bekend.
- Wel is er iets om op te letten.
- Is jouw cavia bijvoorbeeld aan een besmettelijke ziekte overleden? Dan kun je het beter niet doen, want dan is er kans dat het gezonde dier besmet raakt en ook ziek wordt.
Weetje: Wist je dat een gezond dier zijn liggende overleden cavia-huisgenoot nog weleens probeert te stimuleren? Ze kunnen dan de ander krabben met hun pootje of knabbelen aan het oortje van de ander om de ander wakker te maken. Mocht je dus ooit een overleden cavia met een aangeknabbeld oortje aantreffen, dan komt dat omdat het maatje de zieke of overleden cavia heeft geprobeerd wakker te maken.
Een overgebleven cavia? Cavia’s zijn groepsdieren. Dus als een cavia alleen komt te zitten na het overlijden van zijn huisgenoot, dan is het belangrijk om alvast na te denken over een nieuw maatje voor de achterblijver. Ook nu zijn er een aantal belangrijke zaken waar je alvast over na kunt denken en als het eenmaal nodig is rekening mee kunt houden.
Sommige cavia’s gaan in – iets wat wij mensen zouden benoemen als – rouw. Of het rouw is zoals mensen die kennen, is niet zeker. Deze rouwende cavia’s gaan zich anders gedragen na het overlijden van hun soortgenoot. Ze gaan minder eten, zich meer terugtrekken, zijn minder actief gedragen etc.
Soms worden cavia’s juist actiever (meer alert) en blijven ze zoeken naar de andere cavia en hoor je ze regelmatig roepen (hoog piepen of fluiten). In beide situaties is het raadzaam snel een nieuw maatje te zoeken of kopen. Ook al ben jij er zelf nog helemaal niet aan toe. De opvangcentra zitten zeer vol, dus de kans is groot dat ook jij een dier uit een knaagdieropvangcentrum overweegt.
Een nieuw dier kan een drager zijn van ziekten of een onzichtbare ziekte onder de leden hebben. Wil je nieuwe ziekte voorkomen, dan is het belangrijk om een nieuw dier eerst 5 dagen in quarantaine te plaatsen, voordat je de nieuwe cavia kennis laat maken met de achterblijver.
- Helaas heeft quarantaine geen garanties en ook een nadeel.
- Meestal wil je een koppeling maken en beoordelen of deze succesvol is.
- Stel je voor dat de twee dieren na een tijdje alleen te hebben gezeten, elkaar niet kunnen uitstaan en gaan vechten? Dan moet je opnieuw opzoek naar een ander dier.
- In de praktijk worden dieren vaak gekoppeld en dus direct daarna bij elkaar gezet.
Wees er dan extra bedacht op dat er ziekte kan optreden. Bij twijfel kun je nieuwe dieren ook na laten kijken door de dierenarts. Begraven, cremeren of ? Wat te doen met het stoffelijk overschot van jouw overleden cavia. En wat mag je doen? Een cavia kun je begraven of cremeren.
- Ook de dierenarts kan jou ook helpen het stoffelijk overschot af te voeren.
- Het is aan jou waar jij het meeste voor voelt.
- Begraven Misschien heb je een mooie plek in jouw eigen tuin, waar je het dier aan de aarde wilt toevertrouwen.
- Het voordeel is dat je dan een fysieke plek hebt om het dier te herdenken.
Een nadeel is dat als je gaat verhuizen het dier achterlaat. Sommige eigenaren begraven hun dier in een hele grote bloembak op een balkon, bijvoorbeeld als zij geen tuin hebben of het begraven dier later nog willen kunnen verplaatsen. Crematie Iedere regio heeft wel een dierencrematorium waar jij jouw dier naar toe kunt brengen.
- Je kunt dit het beste even opzoeken via Google of een andere zoekmachine.
- Bij een crematorium bieden ze verschillende mogelijkheden.
- Vaak kun je ook om haren en pootafdrukken vragen.
- Verder kun jij de cavia individueel, collectief en zelfs anoniem laten cremeren.
- Wat dit precies betekent? Bij een individuele crematie wordt jouw cavia gescheiden van andere dieren gecremeerd.
Het is dan mogelijk om de as van jouw dier in een urn mee te krijgen. Of een deel van de as in een sierraad te laten plaatsen. Soms is er ook mogelijkheid om een crematie bij te wonen. Bij een collectieve crematie wordt de cavia meestal gecremeerd in een kleine groep dieren, gelijktijdig naast elkaar in de oven.
- De as wordt dan vaak uitgestrooid op een speciaal veld.
- Het is dan niet mogelijk om as mee te krijgen.
- Bij een anonieme crematie wordt de cavia anoniem gecremeerd met een grotere groep andere dieren.
- Ook dan is niet mogelijk om asresten terug te ontvangen.
- Een anonieme crematie is een waardig alternatief wanneer je niet wilt dat jouw overleden huisdier wordt verwerkt op een destructiebedrijf.
Watercrematie Een nieuwe manier van cremeren is de watercrematie of resomeren. Hierbij wordt een waterstroom, een bepaalde temperatuur en alkali gebruikt. Bij het resomeren blijven ook de beenderen over, maar de overblijfselen van de beenderen lijken na verwerking op fijn poeder en bevatten geen zwart, verkoold as of grote botfragmenten.
- Resomeren is een mileuvriendelijke manier van cremeren.
- Er worden namelijk geen broeikasgassen uitgestoten en het is niet giftig.
- Deze nieuwe techniek is alleen nog niet in iedere regio beschikbaar.
- Verder zijn de verschillende mogelijkheden vergelijkbaar met de opties zoals hierboven beschreven onder het kopje crematie.
Wetenschappelijk onderzoek Misschien dat je het al eens hebt gezien bij jouw dierenarts. De poster met de mogelijkheid om jouw overleden dier af te staan aan de Faculteit Diergeneeskunde, In het kader van het Dierdonorcodicil worden bij de Faculteit overleden huisdieren, uitsluitend met jouw toestemming, ingezet voor onderwijs aan diergeneeskunde studenten.
Kunnen cavia’s een dag zonder eten?
Gezonde voeding voor een cavia bestaat uit:
hooi brokjes en groenten.
Ons advies is om brokjes te kiezen die één kleur en vorm hebben, zodat cavia’s niet kunnen kiezen wat ze willen eten. De brokjes in gemengde voersoorten zijn vaak niet even smakelijk. Een slimme cavia zal dan gaan selecteren en alleen de lekkerste brokjes willen eten.
- Op die manier kunnen vitaminetekorten ontstaan en daarom is het verstandiger om direct te beginnen met het voeren van een goed, ongemengd caviavoer.
- Een cavia heeft ongeveer 1 eetlepel brokjes per dag nodig.
- Als ze meer krijgen, zullen ze snel te dik worden.
- Cavia’s stellen andere eisen aan hun voeding dan konijnen.
Het is dan ook niet aan te raden om cavia’s konijnenvoer te geven. Groenten die geschikt zijn voor cavia’s zijn bijvoorbeeld:
andijvie basilicum broccoli klaver paardenbloemblad artisjokbladeren peterselie radijs selderij spruitjes witlof wortels, inclusief het loof
Dit mag worden aangevuld met fruit zoals peer en appel. Wees voorzichtig met het geven van sappige groenten, koolsoorten en spinazie: die zijn minder geschikt voor cavia’s. Daarnaast zijn cavia’s, net als mensen, niet in staat om zelf vitamine C aan te maken.
Waar worden cavia’s gelukkig van?
Cavia’s hebben een aantal basisbehoeften: een warm, schoon onderkomen, een evenwichtig dieet, schoon water, een plek om rond te rennen, een goede gezondheid en het gezelschap van één of meerdere soortgenootjes. Lees verder voor meer tip over het content houden van uw cavia’s.
Is appel goed voor cavia?
Huisdierenpraktijk Colmschate Voeding voor cavia’s. Een cavia gezond houden is op zich niet moeilijk, er zijn echter wel een aantal dingen waar goed op gelet moet worden en dat betreft voornamelijk de voeding die gegeven wordt. Een verkeerde verhouding voeding kan leiden tot gezondheidsproblemen en dat is voor cavia’s helaas nog al eens fataal.
- Een volwassen cavia moet 20 gram brokjes per dag hebben.
- Verdeeld over ‘s morgens 10 gram en ‘s avonds 10 gram.
- Het beste is om een complete brok te geven i.p.v.
- Gemengd voer.
- Het dier zal, zeker als er teveel gegeven wordt aan gemengd voer, alleen de lekkere dingen eruit eten en zo tekorten krijgen.
- Desgewenst hebben wij op de praktijk informatie en proefzakjes van een heel goed caviavoer, dat kan afgehaald worden.
Het is belangrijk om een voer te geven met toegevoegde vitamine C. Echter, de hoeveelheid vitamine C in caviavoer is niet voldoende om aan de dagelijkse behoefte te voldoen. Een cavia kan zelf geen vitamine C aanmaken en als hij er niet genoeg van krijgt, kunnen gezondheidsproblemen ontstaan zoals scheurbuik en doorgroeiende tanden en kiezen.
- Het beste is om dagelijks een vitamine C tablet van 60 mg te geven, gewoon voor mensen, bij de drogist verkrijgbaar.
- Sinaasappelsmaak vinden ze vaak erg lekker en ze zullen het meestal zo uit de hand aannemen.
- Verder moet de cavia onbeperkt over hooi kunnen beschikken.
- Het beste is om los hooi te geven i.p.v.
geperst hooi, dit is minder smakelijk en ze zullen er minder van eten. Een combinatie van 20 gram droogvoer per dag aangevuld met veel hooi en groenvoer, en vitamine C, zal zorgen voor een gezonde cavia. Van teveel droogvoer zal de cavia ook te dik worden, dat is ongezond.
- Verder bevat droogvoer, dus de brokjes of het gemengde voer veel calcium, als de cavia daar teveel van eet kan hij blaasstenen of nierstenen krijgen.
- Dit is meestal fataal.| Een cavia moet de hele dag kunnen kauwen op o.a. hooi.
- Dit is noodzakelijk omdat de tanden en kiezen hun hele leven blijven doorgroeien.
Als er teveel droogvoer wordt gegeven zal de cavia snel voldaan zijn waardoor hij te weinig hooi eet en knaagt, wat dan weer zorgt voor de eerder beschreven gebitsproblemen. vaak moet het dier onder narcose om de tanden en kiezen weer kort te maken, dit brengt risico’s met zich mee.
- Het is belangrijk dat voorkomen wordt dat dit nodig is.
- Groenvoer is ook goed om te geven aan een cavia.
- Een cavia lust veel en kan ook aardige hoeveelheden groenvoer per dag op.
- Wel rustig opbouwen als hij er niet aan gewend is, ideaal is dan om 3 verschillende soorten per dag te geven, verdeeld over de dag.
Geschikte soorten groenvoer zijn: Andijvie, komkommer, paprika, witlof, wortel (winterpeen of bospeen met loof), mais, paksoi, sla (niet te veel), spinazie (niet te veel), tomaat. Wat fruit is ook goed om te geven maar niet te veel omdat er veel suiker in zit.
Liever niet dagelijks geven. Een stukje appel is bijvoorbeeld geschikt fruit. Verder is de cavia een knaagdier, wat betekent dat hij graag knaagt. Dit is ook goed voor hem omdat hij dan wat te doen heeft. Wilgentakken stellen ze vaak erg op prijs, in de winkel zijn ook allerlei knaagmaterialen te koop. Een hooitunnel wordt ook erg op prijs gesteld, deze zal waarschijnlijk in korte tijd volledig opgegeten worden, heel goed knaagmateriaal.
Geen likstenen of knaagblokken geven, hebben ze NIET nodig. Door deze combinatie van 20 gram droogvoer per dag, onbeperkt hooi, aangevuld met groenvoer, voldoende knaagmateriaal en een vitamine C tablet per dag aan te houden, is er grote kans dat uw cavia gezond oud wordt.
Hoeveel keer per dag moet een cavia eten?
Wat eet een cavia? –
- Onbeperkt hooi Een cavia moet dag en nacht over vers hooi kunnen beschikken. Dit is het belangrijkste onderdeel van het dieet. Als antwoord op de vraag wat een cavia eet staat hooi dus op nummer 1.
- Droogvoer Dit is het minst belangrijke onderdeel van de voeding van de cavia. Nadelen van droogvoer Droogvoer is erg calorierijk en zorgt al snel voor zwaarlijvigheid. Daarnaast bevatten veel merken erg veel calcium, waardoor blaasstenen kunnen ontstaan. Te weinig vezels zorgen voor een te trage darmwerking, waardoor verstoppingen kunnen ontstaan. Welk droogvoer is geschikt? Het beste kunnen uitsluitend groene korrels (biks) speciaal voor cavia’s gevoerd worden, zodat de cavia alle essentiële voedingsstoffen binnenkrijgt. Konijnenvoer is niet geschikt, omdat hier geen vitamine C aan toegevoegd is. Een goed voer met veel vezels is Supreme Science Selective, Hoeveelheid Cavia’s hebben genoeg aan 15 gram per kilogram lichaamsgewicht per dag, verdeeld over ‘s morgens en ‘s avonds. Dit lijkt heel weinig, maar is meer dan voldoende voor een gemiddelde cavia.
- Groenvoer Groente en gras Laten wennen Zoals bekend hebben cavia’s een zeer gevoelig darmstelsel. Als daar wat mis mee is, worden ze onmiddellijk ziek. Cavia’s bouwen hun darmflora op door het soort voedsel wat ze krijgen. In de darmen bevinden zich nuttige bacteriën, die nodig zijn om het voedsel af te breken. Als je een cavia nieuw voedsel geeft, moeten daar dus bacteriën voor gevormd worden. Geef je teveel nieuw voedsel ineens, dan zijn daar nog niet voldoende bacteriën voor gevormd en raakt je cavia aan de diarree. Het wennen kan door de eerste dag 1 soort groente ter grootte van 1-2 cm te geven. Als de dag erna de keutels mooi droog zijn, mag de dubbele hoeveelheid gegeven worden. Wacht dan weer een dag en eventueel kan dan een klein stukje van een andere groente gegeven worden. Bouw dit op deze manier steeds langzaam op. Worden de keutels zacht en/of nat, stop dan met de laatst gegeven groente/hoeveelheid. Een richtlijn voor de uiteindelijke hoeveelheid is ongeveer 50-100 gram verse groente per kilogram lichaamsgewicht per dag. Geschikte groenten (Het beste is om te variëren) Andijvie, broccoli, komkommer (met mate), paprika, radijs, tomaat, witlof, wortel en wortelloof. Eventueel kan een klein beetje peterselie gegeven worden (met mate, bevat veel oxalaat). Groenten die niet gegeven mogen worden Bieslook, champignons, prei, uit, knoflook, alle soorten bonen en erwten, rabarber, vaste koolsoorten (kans op gasvorming!), aardappelen en aardappelschillen, mais, spruitjes. Klaver, nat gras en gemaaid gras zijn ook niet goed, omdat dit kan gisten. Fruit Ook fruit moet langzaam opgebouwd worden om diarree te voorkomen. Het bevat een hoog suikergehalte en mag dus slechts in kleine hoeveelheden gegeven worden. Geschikt fruit is bijvoorbeeld appel.
- Water Voldoende inname van water (door drinken of groenvoer) is belangrijk voor een goede darmwerking en gezonde blaas.
- Vitamine C Een cavia kan zelf geen vitamine C aanmaken. Zij moeten alle vitamine C dus uit de voeding halen. Ze hebben per dag 10-30 mg per kg lichaamsgewicht aan vitamine C nodig. Ze kunnen dit uit het caviavoer en groenvoer halen. Ook kan dagelijks een tabletje van 50mg Vitamine C worden gegeven.
Hoelang kan een cavia alleen?
Hoe lang kan ik een cavia zonder grote problemen alleen laten? – Als het echt niet te vermijden is, kan een cavia maximaal 2 dagen alleen gelaten worden, als er genoeg water en voer beschikbaar is. Optimaal is het absoluut niet, maar soms is het echt niet te vermijden.
Hoe vaak moet je een cavia wassen?
- Datgene wat je gebruikt moet vies mogen worden en er gaan erg veel kleine haartjes in de stof zitten, dus gebruik geen handdoek die je later zelf weer wilt gebruiken.
- Zorg er in ieder geval voor dat datgene wat je gebruikt, rul is zodat de cavia goed zit.
- Als je iets glads gebruikt als ondergrond, glijdt de cavia hier van af en kan hij op de grond vallen.
– Een stevige ondergrond. Ik knip mijn cavia’s altijd terwijl ze op mijn schoot zitten, maar je kan ook een tafel ervoor gebruiken. Je moet er in ieder geval voor zorgen dat de cavia er niet vanaf springt of valt. – Een borstel of kam. Een echte kapper! Zet de cavia op je schoot of op een tafel, op de handdoek of datgene wat je er voor gebruikt. Borstel of kam de cavia zodat de haren netjes in n richting liggen. Je hoeft niet de hele vacht helemaal netjes te kammen, want je knipt dat er toch weer af!
Baderon was heel erg rustig en er aan gewend om zo te zitten. Dat is de reden dat ik hem zo kon laten zitten zonder gevaar dat hij zou vallen. Maar is jouw cavia wilder of is het de eerste keer, dan moet je hem vasthouden. |
table>
Je kan een cavia op twee manieren knippen: pluk voor pluk of knippend langs de huid. Pluk voor pluk Dit is de veiligste manier en als je nog nooit een cavia geknipt hebt, zou ik hier mee beginnen. Je scheidt een pluk haar van de rest van de vacht en knipt deze af. Pas op dat je niet in de huid knipt! Dan neem je een volgende pluk en knipt ook deze.
Zo werk je de hele vacht af. Het resultaat zal een wat verknipte cavia zijn – vachtsgewijs dan! – omdat je de plukken recht hebt afgeknipt. Maar het gaat er om dat de cavia zijn vacht kwijt is, niet dat hij een schoonheidsprijs wint. En het zal je cavia echt niet uitmaken hoe hij er uit ziet! Is je cavia niet gewend aan knippen of nogal wild, dan zou ik deze methode adviseren.
Zo loop je het minste gevaar dat je in de huid knipt omdat je cavia net beweegt als jij knipt. Als je meer ervaring hebt, kan je ook tegen de haargroei inknippen; zo voorkom je dat hakkerige effect en vallen de haren over elkaar heen. Je neemt dan een pluk haar op en knipt deze niet recht af, maar schuin tegen de haargroei in.
Pak een pluk haar en knip deze af. Zo kan je de hele vacht kort knippen. |
table>
top Knippend langs de huid Een andere manier om de vacht te knippen, is knippend langs de huid. Dit vereist ervaring en er kan makkelijk iets mis gaan omdat je al snel in de huid knipt. Je kan op twee manieren langs de huid knippen: de eerste is dwars op de haargroei, de tweede is tegen de haargroei in.
Dwars op de haargroei zorgt ervoor dat de cavia allemaal leuke streepjes of golfjes krijgt. Je laat de schaar dwars over de huid glijden en knipt deze schuin af. Tegen de haargroei in zorgt ervoor dat je geen hakkerig patroon krijgt, maar dat de haren golvend over elkaar vallen. Hiervoor neem je een dikke pluk haar op, houdt deze omhoog en knipt tegen de haargroei, dicht bij de huid, het haar weg.
Als het haar terugvalt, zal je zien dat het haar nog mooi aansluit. Knippend langs de huid is niet geschikt voor wilde cavia’s: je knipt heel snel in de huid. De rest van de vacht De langere haren zijn makkelijk af te knippen, op welke manier je het dan ook doet. Maar bij de kleinere delen, zoals de oren, poten en dergelijke, moet je voorzichtiger zijn. De kop hoeft nooit geknipt te worden, want daar zijn de haren altijd kort, ook bij langharige cavia’s.
Als er haar over de kop valt, komt dat van de zijkanten, de nek of de rug. Rondom de oren kan je ook het haar wegknippen, maar je moet dan eerst het haar wegstrijken van de oren omdat je anders snel in de oren knipt. Rondom de poten kan je het haar ook wegknippen, maar ook hier geldt dat je voorzichtig moet zijn dat je niet in huid, nagels (levend deel!), tenen of poten knipt.
Rondom de kont kan de vacht nogal vies zijn. Gewoon wegknippen is het beste zonder het eerst te wassen. Let wel extra goed op dat je niet in tepels, schaamlippen of een penis knipt! Bij de kont zijn de haren veelal dunner en korter en soms ook samengeplakt of samengeklit. Na de knipbeurt Als de cavia geknipt is, moet je hem goed borstelen om alle losse haren te verwijderen. Zet hem op een schone ondergrond anders komen de losse haren die daar op liggen, weer terug in de vacht. Je kan de cavia ook wassen; dan zijn niet alleen alle losse haren weg, maar het is ook nog eens extra koel in de zomer! Je hoeft hem dan niet droog te fhnen, maar kan hem in zijn kooi zetten waar je een extra berg hooi in hebt gedaan.
Dit is Cleo voordat ze geknipt is. |
table>
table>
table>
top Wassen of in bad Iedere cavia kan vies worden, door dat wat er in de kooi ligt. Vooral cavia’s met een lichte vacht zijn er bevattelijk voor, maar iedere cavia kan wel eens vies worden. Wassen is dan de oplossing. Als er een klein plekje vies is, kan je dit schoonmaken met een nat washandje. Vieze kont Is de kont van de cavia vies, dan helpt een ‘kont-bad’. Je vult een bak of de wastafel of de gootsteen met een laagje handwarm water en zet de cavia er in. Met je ene hand ondersteun je het lijfje van je cavia en met de andere hand spoel je de kont schoon door de haren zachtjes te masseren. Cavia helemaal wassen Moet je je cavia helemaal wassen, dan zijn er wat voorbereidingen nodig. Hoe droog je je cavia? Allereerst moet je bedenken hoe je hem wilt drogen nadat je hem handdoekdroog hebt gemaakt. Ik gebruik altijd een overdadige hoeveelheid hooi waar de cavia dan knus in gaat zitten. Na een paar uurtjes is hij helemaal droog. Je moet er wel zeker van zijn dat er geen tocht of wind is, en dat de temperatuur aangenaam is, want anders kan hij ziek worden.
Je kan de cavia ook fhnen, maar ik ben daar geen liefhebber van omdat de lucht uit de fhn al snel te heet kan worden voor de cavia, sommige cavia’s een hekel aan fhnen hebben en het erg lang duurt voor een cavia helemaal droog is. Als je je cavia toch wilt fhnen, let er dan heel goed op dat de luchtstroom niet te heet wordt en controleer het regelmatig door je hand tussen de fhn en je cavia te houden.
Bovendien moet je cavia gewend zijn aan de fhn, anders vind hij de luchtstroom en het geluid maar eng. Zorg er dus voor dat je, voordat je je cavia wast, de kooi in orde hebt gemaakt of de fhn klaar hebt liggen, want met een natte cavia het huis doorsjouwen op zoek naar de fhn of nog snel even proberen een berg hooi in de kooi te leggen, is niet echt handig. Benodigdheden De volgende dingen heb je nodig: – Drie bakken met handwarm water. Dit kunnen losse bakken zijn, maar ook de gootsteenbak en twee losse bakken, enzovoorts. Vul de bakken met een laagje water. Het water mag niet te hoog staan; je cavia moet er nog in kunnen staan (met alle vier de poten op de bodem van de bak) zonder koppie onder te gaan.
Benodigdhen: twee losse bakken, drie handdoeken en zachte shampoo. Een zeeppompje is handig omdat je dat met n hand bedienen kan. |
top Te doen – Zorg dat je genoeg ruimte hebt. Het is onhandig om tussen de vuile vaat je cavia te wassen, dus zorg voor een leeg aanrecht of een andere lege werkruimte. – Zorg ervoor dat de ruimte waar je je cavia wast, voldoende warm is. Moet je je cavia door bijvoorbeeld de gang vervoeren, zorg er dan voor dat ook de gang verwarmd is, of zorg er voor dat je hem na het wassen goed in een handdoek gewikkeld hebt zodat hij geen kou kan vatten.
– Zorg ervoor dat de kooi in orde is, of dat je een plekje hebt waar je hem in alle rust droog kan fhnen. – Zet de fles shampoo naast de bak waar de cavia als eerste in gaat – en maak de fles open! Je zal niet de eerste zijn die tot de ontdekking komt dat er voor het openen van een fles shampoo en het tegelijk vasthouden van een cavia drie handen nodig zijn! Als je geen drukflesje of zeeppompje met shampoo hebt die je met n hand kan bedienen, kan je wat shampoo in een apart bakje doen.
– Leg twee handdoeken naast elkaar op een plek waar ze niet nat kunnen worden. Leg de derde handdoek naast de bak waar je cavia als eerste ingaat: deze handdoek is bedoeld om je cavia op te zetten als hij ingezeept wordt. De handdoek zorgt ervoor dat hij niet wegglibbert of uitglijdt.
De gootsteenbak en de twee andere bakken zijn gevuld. Het zeeppompje is gevuld met shampoo en de handdoek ligt klaar. |
We gaan in bad! Haal nu pas de cavia uit zijn hok, nu alle voorbereidingen klaar zijn. Ondersteun je cavia om zijn lijfje en om zijn kont en laat hem langzaam in het water zakken zodat hij kan wennen aan het water en aan de temperatuur van het water. Spreek hem geruststellend toe.
Ondersteun je cavia om zijn lijfje en zijn kont als je hem in bad laat zakken. Als je hem nat maakt, blijf je zijn lijfje ondersteunen. |
top Natmaken Haal je hand om zijn kont weg, maar blijf hem om zijn lijfje ondersteunen. Je kan hem natmaken door water met je hand of met een beker over hem heen te gieten. Doe alles rustig, zeker als het de eerste keer is. Maak zijn kop niet nat. Alleen cavia’s die naar een tentoonstelling gaan, moeten soms helemaal gewassen worden. Inzepen Als hij helemaal nat is (op zijn kop na) haal je hem uit de bak en zet hem op de handdoek. Heb je een drukflesje, laat dan wat shampoo in je hand vallen. Heb je de shampoo in een bakje gedaan, neem er dan wat uit. Heb je geen van beide, dan kan je een beetje shampoo op de handdoek of naast de handdoek gieten en het dan oppakken.
Het is beter om de shampoo niet direct op de cavia te gieten omdat je dan n plek krijgt waar heel veel shampoo zit. Verdeel de shampoo over de vacht en masseer het zachtjes in. De kont kan je zachtjes wassen door met je vingers onder de kont te gaan terwijl de cavia gewoon blijft zitten. De buik was je door met je vingers onder zijn buik te gaan terwijl hij blijft zitten.
De pootjes kan je wassen door er zachtjes over te wrijven. Ook nu blijft de cavia gewoon zitten. Let op! Leg je cavia net op zijn rug en zet hem ook niet rechtop om hem te wassen, want een met shampoo ingesmeerde cavia is ontzettend glibberig en zo glad als een aal (ja, echt!) en als hij besluit dat hij er genoeg van heeft en weg wil, kan je hem cht niet tegenhouden.
Houdt de cavia steeds goed vast; een natte, maar zeker een ingezeepte cavia is erg glad! |
Schoonspoelen Als je cavia helemaal (behalve de kop natuurlijk) gewassen is, zet je hem in de eerste bak – de bak waarin je hem hebt natgemaakt. Voorzichtig, want hij is nu nog glibberig! Je spoelt met je hand of een beker de vacht zoveel mogelijk schoon. Drogen Je zet hem op de schone, droge handdoek die je al hebt klaargelegd en dept hem zoveel mogelijk droog.
De cavia op een droge handdoek zetten – die natuurlijk snel erg nat wordt! |
Je zal merken dat de handdoek zeiknat wordt waar de buik van je cavia ermee in aanraking komt. Daarom zet je hem daarna op de andere handdoek en je wikkelt hem erin zodat alleen zijn koppie nog zichtbaar is. Zo kan je hem nog meer drogen, maar het is ook bijzonder geschikt om hem te vervoeren naar zijn kooi – of de plek waar je hem fhnt.
De cavia, veilig in een handdoek gewikkeld. Zo kan je hem makkelijk vervoeren. |
Als je hem niet fhnt, zet je hem in de kooi waar hij al snel de berg hooi zal ontdekken – en er zich lekker in verstoppen. Met een paar uurtjes is hij droog. Als je hem fhnt, neem hem dan op schoot, zet hem op de handdoek en zet de fhn op de laagste stand. top De laatste hand Als de cavia helemaal droog is, kan je hem borstelen en kammen. Dat hoeft natuurlijk niet. Bij kortharige cavia’s hoef je hem hoogstens wat na te wrijven met een doekje, maar ook bij langharige cavia’s hoef je hem niet per se te kammen.
- Het hangt er van af hoe de vacht er uit ziet.
- Is deze tip top in orde, dan hoef je er niets aan te doen.
- Is het een warrige massa, dan kan je deze voorzichtig weer in orde brengen.
- Wees extra voorzichtig omdat door het wassen er misschien klitjes of verwarde haren zijn ontstaan.
- Doe het plukje voor plukje.
En als ook dat gedaan is, is je cavia weer als nieuw! Help! Hooi! Als je je cavia nat in het hooi zet, komen er geheid strootjes in zijn vacht. Bij een kortharige of borstelharige cavia is dat geen probleem – en bij een langharige cavia ook niet! Als de vacht droog is, kan je hem borstelen en kammen en zo verwijder je de strootjes. Kan je alle cavia’s wassen? Ja. Ook cavia’s met een heel dikke vacht, zoals Tesselaars, kan je zonder problemen wassen. Het duurt alleen langer voor de vacht droog is en je kunt ze dan ook beter droogf hnen. Als het zomer is, kan je cavia’s met een lange vacht knippen voor ze in bad gaan. Wassen en knippen? Als je je cavia zowel wilt wassen als knippen, knip hem dan eerst. Als je hem eerst knipt en dan pas wast, was je alle losse haartjes uit de vacht. Hoe vaak wassen? Niet te vaak. Was je cavia alleen als het echt nodig is. En of twee keer per jaar is voldoende. Als je je cavia net een week terug gewassen hebt en hij is nu weer erg vies, dan kan het geen kwaad om hem weer te wassen. Blijft hij echter steeds vies worden, dan kan je je afvragen of er niet iets anders aan de hand is: een onhyginische kooi of een ziekte bijvoorbeeld.
Hoe pak je een cavia op?
Cavia’s zijn gezellige knaagdieren die goed tam kunnen worden en zelden bijten. Hun verzorging is niet moeilijk, wel is het belangrijk om te zorgen voor de juiste voeding en voldoende knaagmateriaal. Cavia’s hebben gezelschap nodig van andere cavia’s, houd ze daarom niet in hun eentje.
Geef uw cavia’s de ruimte, beweging is goed voor hun gezondheid. Kies het juiste dier voor uw situatie: lees vóór het kopen eerst of de cavia het huisdier is dat u zoekt. De cavia, Cavia porcellus, is een knaagdier dat veel als huisdier gehouden wordt. Hij is waarschijnlijk ontstaan uit de wilde cavia, Cavia aperea,
Al zo’n 9000 jaar geleden werd deze wilde cavia door de Inca’s gebruikt voor het vlees en voor diverse rituelen. Later is de cavia gedomesticeerd en verder ontwikkeld tot het dier dat we nu als huisdier kennen. Cavia’s hebben een langwerpig, wat plomp lichaam met korte pootjes en kleine oortjes en ze hebben geen staart.
Ze planten zich snel voort. Een volwassen cavia kan dertig centimeter lang worden en weegt meestal zo’n 700 tot 1200 gram. Een zeugje (vrouwtje) weegt vaak wat minder dan een beertje (mannetje). Cavia’s zijn echte planteneters en hebben een gebit met doorgroeiende tanden en kiezen. Ze kunnen zelf geen vitamine C aanmaken en moeten dit daarom via speciaal voer of bijvoorbeeld via tabletjes binnenkrijgen.
De gemiddelde levensverwachting van een cavia ligt tussen vier en acht jaar. Er zijn verschillende rassen cavia’s, die van elkaar verschillen in vachttype en kleur. Een aantal vachttypen zijn Gladharig, Teddy (met rechtopstaande, zachte haartjes), Rex (met stugge, rechtopstaande en iets gekrulde haartjes), Borstelharig(met iets langer haar en overal op het lichaam kruinen of ‘rozetten’) en Gekruind (gladharig met een kruin op de kop).
- Er bestaan ook langharige cavia’s, zoals de ‘Sheltie’ en de ‘Coronet’ met lange, gladde haren op het lichaam, de ‘Peruvian’ die ook lange haren op zijn kop heeft en de Texel of Tessel die een dichte, gegolfde vacht heeft die vooral achteraan erg lang is.
- Deze vachten zijn bewerkelijk, kunnen soms het zicht en de beweging hinderen en maken dat de cavia meer verzorging nodig heeft.
Er zijn ook cavia’s zonder vacht: de Skinny, met alleen wat haar op de snuit tussen neus en ogen en op de voeten en benen, en de Baldwin, die meestal helemaal kaal is (hooguit met nog iets haar op de voeten) en vaak ook geen of weinig snorharen heeft.
- Dat laatste betekent dat hij een voor cavia’s belangrijk tastorgaan mist.
- De Skinny cavia wordt vrijwel zonder haar geboren en blijft zo; de Baldwin cavia wordt geheel behaard geboren maar begint al in de eerste week van voor naar achteren zijn haren te verliezen tot hij na zo’n twee maanden helemaal kaal is.
Hun huid voelt rubberachtig aan en ze hebben het sneller koud doordat de isolerende vacht ontbreekt. Er bestaan overigens ook Cuy cavia’s, dit is een variant die in Zuid-Amerika gefokt is voor het vlees. Deze worden groter en zwaarder, zijn meestal schrikachtiger en minder tam en worden vaak minder oud.
- Ze zijn daardoor minder geschikt om in huis te houden.
- De wilde cavia komt voor op open vlaktes in Zuid-Amerika.
- De dieren leven daar in groepen met een strikte rangorde.
- Cavia’s zijn een groot deel van de dag bezig met het zoeken naar voedsel en zijn daarbij vooral actief in de ochtend- en avondschemering.
Ze rusten in de beschutting van de begroeiing, zoals in hoog gras en struikgewas. Ze communiceren met elkaar via allerlei geluiden. Cavia’s eten, net als onder andere konijnen, een deel van hun keutels direct uit de anus op (dit heet coprofagie). Dit zijn speciale keutels waarin belangrijke voedingsstoffen zitten.
Cavia’s zijn groepsdieren, dus het is belangrijk hen met soortgenoten te houden. Er zijn verschillende combinaties mogelijk. Een paartje kan, maar om ongewenste nestjes te voorkomen moet tenminste één van beide dieren (vaak het mannetje) onvruchtbaar gemaakt zijn. In geval van een gecastreerd mannetje is het raadzaam om de dieren zes tot acht weken na de ingreep te scheiden om dracht alsnog te voorkomen.
Ook een combinatie van een (gecastreerd) beertje met twee of meer zeugjes werkt over het algemeen goed. Twee of meer zeugjes bij elkaar is eveneens mogelijk, waarbij de dieren liefst vanaf jonge leeftijd bij elkaar zitten. Hetzelfde geldt voor twee beertjes die vaak goed kunnen samenleven zolang ze maar van jongs af aan bij elkaar zitten en ze geen vrouwtjesdieren kunnen zien of ruiken.
Houd er rekening mee dat dieren die normaal goed samengaan ruzie kunnen krijgen als één van beide ineens anders ruikt door bijvoorbeeld dierenartsbezoek. U kunt dat voorkomen door beide dieren mee te nemen. Door de rangorde binnen een groep cavia’s kunnen niet alle cavia’s zonder problemen bij elkaar in een hok leven.
Cavia’s die elkaar niet kennen zullen eerst de onderlinge rangorde moeten bepalen. Het is daarbij belangrijk om de dieren langzaam aan elkaar te laten wennen en goed op te letten of het wel goed blijft gaan. Dieren die niet goed samengaan en blijven vechten kunnen beter permanent gescheiden worden; men kan dan voor ieder één of meer andere cavia’s zoeken waarmee het wél klikt of besluiten één of beide dieren te herplaatsen zodat ze niet alleen hoeven te blijven.
- Een caviaverblijf moet groot genoeg zijn om de dieren genoeg beweging te geven en om het voor de dieren interessant te kunnen inrichten.
- U kunt kiezen voor een groot hok, een hok met daaraan een vaste, continu toegankelijke ren of alleen een ren met inrichting.
- Houd voor twee cavia’s een totale oppervlakte aan van tenminste 0,9 vierkante meter (m 2 ).
Voeg voor elke extra cavia 0,3 m 2 toe. Reken hierbij met de binnenmaten, dus met het vloeroppervlak, van de kooi. Uit ervaringen van caviahouders blijkt dat de dieren veel actiever zijn als ze een groter, goed ingericht verblijf hebben. Groter is dus altijd beter.
- Cavia’s kunnen niet goed klimmen of hoog springen, dus het hok hoeft niet hoger te zijn dan 50 centimeter.
- Bij een hoger hok kunt u wel werken met verdiepingen.
- Grote hoogteverschillen kunnen echter risico’s opleveren omdat de dieren geen diepte kunnen schatten en zich snel bezeren als ze vallen.
- Maakt u verdiepingen, maak daar dan een voldoende hoge rand aan of laat de hoogte geleidelijk toenemen en gebruik brede loopplanken.
Gebruikt u verdiepingen om aan de minimaal geadviseerde oppervlakte te komen, houd dan aan dat één van de verdiepingen tenminste 120 x 60 cm groot is. Kiest u voor een hok met een ren eraan vast, haal dan het deurtje uit het hok en zorg ervoor dat de cavia’s veilig tussen de ruimtes heen en weer kunnen lopen, bijvoorbeeld met een bruggetje of loopplank.
Houd er rekening mee dat cavia’s doorgaans niet zindelijk worden, dus kies voor de ren een ondergrond die goed schoon te houden is. De optimale omgevingstemperatuur ligt voor behaarde cavia’s tussen de 18 en 21 graden Celsius. De ideale temperatuur voor haarloze cavia’s ligt hoger, rond 22-24 graden. Zorg ervoor dat de temperatuur ‘s nachts voor hen niet te laag wordt.
Een verblijf voor haarloze cavia’s kan het beste op een verhoging boven vloerniveau gezet worden zodat er geen optrekkende kou van de grond komt. Het is belangrijk om tocht te vermijden. Zorg ook dat de temperatuur niet boven 26 graden komt; cavia’s raken namelijk snel oververhit.
- Zet een binnenverblijf dus nooit in de directe zon.
- Zet het verblijf niet dicht bij geluid producerende apparaten zoals televisie of geluidsboxen en vermijd harde ultrasone geluiden.
- De cavia’s kunnen daar stress van ondervinden omdat zij dit soort geluiden kunnen horen.
- Als bodembedekking kunt u het beste een stofvrije bodembedekking kiezen die vrij is van irriterende geur- en kleurstoffen.
Voorbeelden van geschikte bodembedekking voor cavia’s zijn hennepvezel of bedding op basis van papier. Eventueel kan een bodembedekking van bijvoorbeeld vocht opnemende fleecekleden gebruikt worden. Zaagsel (houtvezel) wordt ook veel gebruikt, maar kies dan voor ontstoft zaagsel.
Er zijn aanwijzingen dat zaagsel van naaldhout op termijn ongezond zou kunnen zijn; kies daarom liever voor ook ontharst zaagsel of zaagsel van loofbomen. Pas wel op dat de cavia geen grote hoeveelheden van de bodembedekking opeet; dat kan verstopping geven. De bodembedekking mag ook niet te scherp of hard zijn omdat het dan de voetzolen kan irriteren, en bij haarloze cavia’s ook de huid.
Kies bij langharige cavia’s bodembedekking die niet in de vacht blijft hangen; zaagsel is in deze gevallen zeker ongeschikt. Cavia’s zijn prooidieren en moeten zich kunnen terugtrekken op een beschutte plek om zich veilig te voelen. Zorg dat er genoeg schuilplaatsen in het verblijf zijn, bij voorkeur eentje meer dan het aantal dieren zodat ze altijd kunnen kiezen.
Geef haarloze cavia’s elk een slaapzakje waarin ze zich warm kunnen houden. Eventueel kan een klein formaat slaaphuisje van een materiaal dat de warmte binnenhoudt, zoals hout, ook dienstdoen om zich in terug te trekken om warm te blijven. In het verblijf moeten een of meerdere drinkflesjes of drinkbakjes en voerbakjes aanwezig zijn.
Richt het verblijf verder zo in dat de cavia’s genoeg te doen hebben, bijvoorbeeld met tunneltjes, knabbeltakken, een berg hooi en voerverrijking. Wilt u cavia’s die binnen gehouden worden bij mooi weer enkele uren in een ren buiten laten lopen, zorg dan voor bescherming tegen roofdieren en weersinvloeden (zie ook ‘Cavia’s permanent buiten houden’).
Geef de dieren ook schuilplaatsen in de ren zodat ze zich veilig voelen. Houd haarloze cavia’s uit direct zonlicht omdat ze snel verbranden. Ook zijn ze extra gevoelig voor tocht. Laat hen niet te lang buiten en alleen als het voldoende warm is. Cavia’s permanent buiten houden Sommige mensen kiezen ervoor om hun cavia’s buiten te houden.
Denk dan wel goed na over de huisvesting want cavia’s kunnen niet zo goed tegen flinke kou, maar ook niet tegen hitte. Haarloze cavia’s kunnen niet buiten gehuisvest worden. Cavia’s kunnen zich beter warm houden als er meerdere dieren bij elkaar zitten; ga uit van minimaal vier dieren als u ze in de winter buiten wilt houden.
- Laat de cavia’s bij voorkeur in het late voorjaar voor het eerst naar buiten gaan, zodat ze langzaam kunnen wennen aan de koudere buitentemperatuur.
- Voor een buitenverblijf voor vier cavia’s heeft u een totale oppervlakte nodig van tenminste 2 m 2 maar liever groter, want de dieren moeten ruimte hebben om actief te zijn en zichzelf zo ook beter warm te houden.
Het is belangrijk dat ze een goed isolerend, wind- en waterdicht schuilhok hebben, met in de winter een extra dikke laag bodembedekking en hooi. Het schuilhok moet voldoende plaats bieden voor de cavia’s, voerbakjes en veel hooi. Het moet ook niet te groot zijn omdat de cavia’s het dan niet met hun eigen lichaamswarmte kunnen opwarmen.
Kiest u voor een groter schuilhok of een schuurtje, zet daar dan nog enkele slaaphokjes in die groot genoeg zijn voor meerdere dieren samen. Het beste is als de bodem van het hok wat hoger is dan de grond zodat de kou niet optrekt. Cavia’s kunnen slecht tegen vocht, het schuilhok en/of de slaaphokjes moeten daarom wel voldoende ventilatie hebben om te zorgen dat het er niet vochtig wordt door de adem van de dieren en condens.
Houd ook de bodembedekking in het schuilhok goed droog door natte plekken dagelijks weg te halen. De rest van het verblijf kan dan bestaan uit een ren en/of een meer open hok. Daar moet voldoende schaduw zijn tegen de hitte in de zomer, maar ook een deel zon.
- Om schaduw te bieden kunt u een schaduwdoek spannen of een zonnescherm gebruiken.
- Zet het schuilhok zo dat het in de zomer niet in de directe zon staat, want dan warmt het er snel op.
- Zorg dat tenminste de helft van de ren is afgeschermd tegen neerslag.
- De bodem in de ren moet goed water doorlaten zodat het niet te nat wordt.
Het kan verstandig zijn om het deel van de ren aan de windzijde aan de onderkant af te schermen als bescherming tegen kou, in elk geval in de winter. Gebruikt u een hok met gaasgedeeltes, zoals een konijnenhok, dan kan het verstandig zijn om het gaas in de winter af te dekken met plexiglas.
Maak aan de randen wel wat luchtgaten voor de ventilatie. Maak het verblijf bestand tegen zowel uitbreken van de cavia’s als inbreken van roofdieren als honden en katten maar ook ratten of marters. Sluit de ren ook van boven af. Zet voerbakjes en drinkwater in het overdekte gedeelte en in de winter in het schuilhok.
Richt het verblijf in met schuilmogelijkheden, zoals tunnels of bruggetjes, en verrijking, zoals wilgentakken om aan te knabbelen. Grotendeels gesloten schuilhokjes die in de ren staan worden in de zomer snel te heet, kies daarom daar voor meer open schuilplekken.
- De bodembedekking moet minstens eens per week verschoond worden.
- Haal vieze en natte plekken dagelijks weg.
- Haarloze cavia’s produceren vaak meer ontlasting en urine omdat ze meer energie verliezen door het gebrek aan een vacht.
- Daardoor eten en drinken ze meer en zult u vaker moeten verschonen.
- Ververs dagelijks het water en haal oude restjes groente en fruit weg.
Maak drinkflesjes en voerbakjes minstens eens per week goed schoon. Vergeet daarbij de nippel van de fles niet. Cavia’s kunnen bijten, maar doen dit bijna nooit. Als een cavia bijt, kan dit zijn omdat hij ziek is of ergens pijn heeft, maar ook dan zal hij niet snel bijten.
- Een cavia reageert meestal op gevaar door te ‘bevriezen’ of ineens weg te schieten.
- Het is wel mogelijk dat uw cavia uw vingers voor iets lekkers aanziet als hij gewend is dat u hem voedsel door de tralies aangeeft.
- Steekt u vervolgens uw vingers zonder voedsel in het hok, dan kan het dier zich vergissen en u onbedoeld bijten.
Als een cavia valt, kan dit zeer ernstige verwondingen tot gevolg hebben. Wees dus voorzichtig bij het vasthouden van uw cavia. Til een cavia altijd met twee handen op, waarbij u ook het achterlijf ondersteunt. Wilt u een haarloze cavia optillen, zorg dan dat u geen koude handen heeft.
Een cavia kan het als bedreigend ervaren als u hem onverwachts van boven oppakt, en kan dan proberen te vluchten. Benader hem voorzichtig en liefst van voren. Zet de cavia op een ondergrond waarop hij grip heeft, cavia’s voelen zich prettiger met vaste grond onder de voeten. Til ze daarom dus ook niet nodeloos op.
Houd altijd een oogje in het zeil als kinderen een cavia willen oppakken. De nagels van een cavia moeten regelmatig worden gecontroleerd en, indien nodig, geknipt. U kunt dit bij de dierenarts of eventueel bij de fokker of een kinderboerderij laten doen, maar na uitleg is het ook goed zelf te doen.
- Vijl bij haarloze cavia’s ook de scherpe randjes glad zodat de cavia zichzelf niet open kan krabben.
- Bij cavia’s komen gebitsproblemen regelmatig voor.
- Het is daarom belangrijk hier goed op te letten.
- De snijtanden kunt u voorzichtig zelf bekijken: ze kunnen te lang zijn, niet goed aansluiten of scheef afslijten.
De kiezen kunt u zelf niet bekijken, laat de dierenarts deze checken als daar aanleiding toe is. Langharige cavia’s moeten dagelijks helemaal doorgekamd worden. Dit is flink bewerkelijk. Het is handiger en ook prettiger voor de cavia om de lange haren gedeeltelijk te knippen als u er niet mee wilt showen, maar ook dan moet de cavia regelmatig gekamd worden om klitten en vervilten te voorkomen.
Kam altijd voorzichtig om beschadigingen van de huid te voorkomen en het dier geen pijn te doen. Kortharige cavia’s kunt u eens per week even doorborstelen om vuil en losse haren uit de vacht te halen. Van haarloze cavia’s wordt wel gezegd dat ze in bad moeten en daarna moeten worden ingesmeerd met olie, maar als u het verblijf goed schoon houdt, is dit vrijwel nooit nodig.
De huid van de cavia maakt zelf vet aan om de huid soepel te houden. Onnodig wassen kan een droge huid geven. Soms kan het eigen huidvet zich wat ophopen, vooral in huidplooien. Neem dit dan voorzichtig af met een doekje met wat water, gebruik daarbij geen irriterende of geurende middelen.
- Dep de huid na het wassen altijd goed droog.
- Gebruik neutrale wasmiddelen om bijvoorbeeld fleecebedding of slaapzakjes te wassen en spoel ze extra na.
- Houd uw cavia’s actief door ze iets te doen te geven.
- Voerverrijking is een goede manier om hen bezig te houden.
- Hierbij kunt u bijvoorbeeld blaadjes groenvoer met een wasknijper aan een draad bevestigen die u omlaag in het hok laat hangen, of u kunt voerpuzzeltjes gebruiken.
Pas op met voerspeelgoed zoals metalen hooiballen, hang deze zo op dat de cavia niet met zijn kop vast kan komen te zitten en blijf erbij. In het Praktisch document over voerverrijking voor konijnen en knaagdieren vindt u meer mogelijkheden. Ook is het mogelijk om cavia’s te trainen.
Geef uw cavia een dieet bestaande uit onbeperkte hoeveelheden hooi en/of gras, een redelijke hoeveelheid groente, wat droogvoer en beperkte hoeveelheden fruit. Het is belangrijk dat uw cavia de hele dag toegang heeft tot voedsel, vooral hooi moet altijd beschikbaar zijn! Een wilde cavia is namelijk ook een groot deel van de dag bezig met eten.
Droogvoer kan bestaan uit korrels (pellets) of gemengd voer. Bij gemengd voer loopt u het risico dat de cavia’s selectief gaan eten en daardoor voedingsstoffen missen. Bovendien kunnen deze mengsels harde bestanddelen bevatten die kunnen leiden tot tandbeschadigingen.
Kies daarom liever voor korrels die alle voedingsstoffen en veel vezels bevatten. Gebruik altijd speciaal caviavoer voor uw cavia’s! Cavia’s kunnen, net als de mens en mensapen maar in tegenstelling tot andere zoogdieren, zelf geen vitamine C aanmaken. Daarom is het erg belangrijk dat ze hier voldoende van binnenkrijgen via de voeding, namelijk 10 tot 20 mg per kg lichaamsgewicht voor volwassen dieren.
Groeiende dieren en vooral zwangere dieren hebben meer nodig. Goed droogvoer dat speciaal gemaakt is voor cavia’s bevat genoeg vitamine C, algemeen knaagdierenvoer niet. Let wel op dat het vitamine C gehalte na de uiterste houdbaarheidsdatum niet meer voldoende is, dus bewaar het voer niet te lang.
- Voor de zekerheid kunt u uw cavia dagelijks een kwart tabletje vitamine C (van 50 mg) geven.
- De cavia’s gaan dit na een aanvankelijke aarzeling vaak als een traktatie zien.
- Vitamine C druppels in het drinkwater doen werkt vaak minder goed; de vitamine wordt zo snel afgebroken en u weet nooit of de dieren voldoende binnenkrijgen.
Twintig gram droogvoer per dag is genoeg voor de meeste volwassen cavia’s als ze daarnaast veel hooi en groenvoer krijgen. Haarloze cavia’s eten echter meer omdat ze meer energie verbruiken om zichzelf warm te houden. Ook cavia’s die ‘s winters buiten leven en cavia’s die erg actief zijn kunnen wat meer droogvoer nodig hebben.
- Geef de cavia’s dagelijks verse groente, zoals wortelloof, andijvie, broccoli, kool, radijsblad, komkommer, paprika en witlof.
- Als traktatie kunt u af en toe een klein stukje wortel of fruit zoals aardbei, peer of banaan geven.
- Geef fruit niet te vaak want er zit veel suiker in, wat ongezond is.
- Verder kunt u de cavia nog wat gras geven.
Pas wel op met bermgras; dat kan vervuild zijn door uitlaatgassen. Wees bovendien voorzichtig met het voeren van nieuwe soorten voedsel: de darmen van de cavia moeten hier langzaam aan wennen dus begin met hele kleine hoeveelheden en geef langzaam maar zeker iets meer, terwijl u goed in de gaten houdt dat de cavia geen diarree ontwikkelt.
Cavia’s hebben van nature de behoefte om te knagen. Dat is nodig om de tanden van de cavia gezond te houden. Zorg dat er altijd hooi beschikbaar is om op te knabbelen en geef knaagtakken van bijvoorbeeld wilg, hazelaar, berk of fruitbomen. Geef geen knaagsteen, daarmee loopt de cavia het risico om te veel mineralen binnen te krijgen.
Houd het gewicht en de lichaamsconditie van uw cavia’s in de gaten om te bepalen of de hoeveelheid voer die u geeft juist is voor uw dieren. U moet de ribben niet kunnen zien en de afzonderlijke ribben niet goed kunnen voelen, maar de ribbenkast als geheel wel kunnen voelen.
Ook de ruggengraat en het bekken moeten niet zichtbaar maar wel goed voelbaar zijn. Van bovenaf gezien moet de borst smaller zijn dan de heupen, en als de cavia staat mag de buik niet op de grond hangen en moeten de voetjes goed te zien zijn. Kijk ook hier voor een illustratie. Cavia’s ontwikkelen vroeg in hun leven een voorkeur voor bepaalde soorten voedsel en weigeren later soms voedsel dat ze niet kennen, het is daarom handig hen op jonge leeftijd aan meerdere soorten voer te wennen.
Het onderscheid tussen een beertje en een zeugje is bij volwassen dieren redelijk goed te zien voor iemand met ervaring. Wanneer een cavia op zijn rug ligt, is bij de meeste beertjes net boven de streepvormige anus een wat bolvormige penis te zien met een gaatje in het midden, en zijn de teelballen (en het penisbotje) te voelen. Cavia’s zijn gemiddeld na een maand of 2-3 vruchtbaar, maar het komt ook voor dat zowel zeugjes als beertjes al na drie tot vijf weken vruchtbaar worden. De draagtijd van de cavia ligt tussen 59 en 73 dagen. Als de jongen geboren worden, wegen ze ongeveer 60 tot 110 gram en zijn ze volledig ontwikkeld.
- Een cavia krijgt gemiddeld twee tot vier, maar soms wel acht jongen per worp.
- Vanaf zo’n drie tot vier weken drinken de jonge cavia’s niet meer bij hun moeder.
- Het is verstandig de jongen te wennen aan mensen zodat ze goed gesocialiseerd worden.
- Dit kunt u doen door ze dagelijks even kort op te pakken, en vanaf de tweede week kunt u ze ook op schoot nemen.
Omdat een zeugje direct na het werpen weer vruchtbaar is, en gezien het feit dat jonge cavia’s zich al na enkele weken voort kunnen planten, is het verstandig de mannelijke jongen bij de moeder en hun zusjes weg te halen als zij drie tot vier weken oud zijn, ongeveer 250 tot 300 gram wegen en niet meer bij hun moeder drinken.
Ziet u eerder al seksueel gedrag ontstaan bij de jonge beertjes, haal ze dan direct weg. Vrouwelijke jongen kunnen tot tenminste vier weken bij de moeder blijven. Een beertje kan, als het de bedoeling is dat hij bij één of meer vrouwtjes komt te zitten, gecastreerd worden vanaf een leeftijd van twee maanden.
Als het beertje nog niet bij vrouwtjes zit, kan de castratie worden uitgesteld tot na een leeftijd van drie maanden zodat het dier beter uitgroeit; beertjes die gecastreerd worden voor ze geslachtsrijp zijn, blijven vaak wat kleiner. Een castratie van een zeugje (ook wel ‘sterilisatie’ genoemd) is een zwaardere operatie die niet elke dierenarts wil uitvoeren; dit kan dan ook het beste worden gedaan door een dierenarts die hier ervaring mee heeft.
- Hierbij worden de eierstokken verwijderd (en indien nodig ook de baarmoeder), waarmee de mogelijkheid tot het ontwikkelen van afwijkingen aan de eierstokken voorkomen wordt.
- Bij het fokken wordt bij voorkeur een zeugje voor het eerst gedekt voor de leeftijd van zo’n 6 maanden, waardoor het eerste nestje op een leeftijd van uiterlijk acht tot negen maanden geboren wordt.
Al vanaf acht tot tien maanden kunnen de bekkenhelften van het vrouwtje minder makkelijk scheiden om de jongen door te laten en wordt het geboortekanaal bovendien verkleind doordat er meer vet aanwezig is. Als gevolg daarvan kan het zeugje mogelijk niet meer op een natuurlijke manier jongen krijgen.
- Te vroeg laten dekken is uiteraard ook niet goed, het zeugje moet wel grotendeels uitgegroeid.
- Een leeftijd van vijf tot zes maanden lijkt daarom optimaal te zijn voor een eerste dekking.
- Vooral als het nest klein is en de jongen daardoor relatief groot zijn, of als het vrouwtje overgewicht heeft kan het krijgen van een eerste nestje op oudere leeftijd problemen opleveren bij de geboorte.
Een bevalling duurt normaal gesproken zo’n 30 tot 45 minuten, waarbij om de vijf tot tien minuten een jong wordt geboren. Als een zeugje bij de bevalling langer dan 20 minuten perst zonder effect of als ze met tussenpozen meer dan twee uur lang weeën heeft zonder resultaat, dan moet een dierenarts worden ingeschakeld (en bij twijfel eerder).
Naast geboorteproblemen komt o.a. ook zwangerschapsketose voor, een stofwisselingsprobleem dat leidt tot dodelijke bloedvergiftiging. Dit komt meer voor bij cavia’s die te dik zijn. Daarom wordt geadviseerd om alleen te fokken met cavia’s die in goede conditie zijn. Het zeugje heeft voldoende beweging nodig tijdens haar zwangerschap.
Geef haar in de tweede helft van de zwangerschap extra voeding van goede kwaliteit en twee tot drie keer zoveel vitamine C. Beperk stress zoveel mogelijk. Tegen het eind van de zwangerschap kan het zeugje minder goed bewegen, zorg er dan voor dat ze goed bij haar voer en water kan en houdt haar eetlust, lichaamsconditie en gewicht tijdens de zwangerschap goed in de gaten.
Een hoogzwanger of pas bevallen vrouwtje dat niet wil eten en sloom is, is een spoedgeval! Vanwege bovenstaande problemen wordt afgeraden om te gaan fokken met uw cavia’s alleen omdat het u leuk lijkt. Begin er bovendien niet aan voordat u goede adressen voor de jongen heeft gevonden! Realiseer u daarnaast dat lang niet elke combinatie van ouderdieren geschikt is.
Fok niet met dieren die een erfelijke aandoening hebben. Bij het fokken met haarloze cavia’s moet bijvoorbeeld regelmatig gekruist worden met behaarde dieren om te voorkomen dat de dieren steeds zwakker worden. Bij het fokken van cavia’s met Schimmel- of Dalmatiër aftekening kunnen witte jongen geboren worden die blind zijn, geen tanden hebben en schade aan meerdere organen hebben.
Ze worden dood geboren of sterven al snel. Een gezonde cavia eet goed en is levendig. Lusteloosheid, verminderde eetlust, diarree, verstopping, overmatig krabben en moeilijk bewegen zijn voorbeelden van symptomen die erop kunnen wijzen dat een cavia ziek is. Een tekort aan vitamine C kan optreden bij verkeerde voeding of voeding die te lang wordt bewaard.
Verschijnselen van vitamine C gebrek zijn een ruwe vacht, slecht of niet eten, diarree, tandenknarsen en andere tekenen van pijn, langzaam herstel van wondjes, kreupelheid en gevoeligheid voor infecties. Een veel voorkomende aandoening is het doorgroeien van de tanden, wat kan komen doordat de tanden niet netjes recht tegenover elkaar staan of doordat ze scheef afslijten doordat er een probleem is met de kiezen.
Hierdoor kan de cavia niet goed meer eten. Controleer de tanden regelmatig of laat de dierenarts dit doen. Als de tanden te ver doorgroeien, moeten deze worden ingekort. Dit kan het beste gebeuren door ze te slijpen, want door veelvuldig of verkeerd knippen kunnen de tanden splijten en kunnen ontstekingen en abcessen ontstaan.
Ook kiezen kunnen doorgroeien of er kunnen haakjes ontstaan als het gebit niet goed op elkaar afslijt. Dit kunt u zelf niet zien, laat de dierenarts daarom de kiezen van uw cavia controleren als u merkt dat het dier minder goed eet, als hij kwijlt of een natte vacht heeft bij zijn mond.
- Iezen kunnen geslepen of gevijld worden; meestal moet dat met enige regelmaat herhaald worden als het gebit een verkeerde stand heeft.
- Een verkeerde stand van het gebit is vaak deels erfelijk maar verkeerde voeding speelt hierin ook een belangrijke rol.
- De darmen van een cavia zijn gevoelig.
- Het is belangrijk dat ze altijd goed blijven werken, en daarvoor zijn voldoende vezels nodig zoals uit hooi.
Als een cavia iets verkeerds gegeten heeft, ergens pijn heeft, gebitsproblemen heeft of last heeft van stress, kan het zijn dat hij minder gaat eten, waardoor zijn darmen minder goed gaan werken en zelfs stil komen te liggen. De cavia neemt dan te weinig voedingsstoffen op, er ontstaat verstopping en er kunnen gassen gaan ophopen in de maag en darmen.
- Dat laatste kan erg pijnlijk zijn, waardoor de cavia helemaal niet meer wil eten.
- Zo’n gasophoping kan dodelijk zijn.
- Als uw cavia minder of helemaal niet wil eten, moet u contact opnemen met uw dierenarts en niet te lang afwachten.
- Vaak is, naast (onderhuids) vocht, pijnstilling nodig.
- Als de cavia niet eet, is daarnaast vaak nodig om zo snel mogelijk te starten met dwangvoeren.
Voetproblemen kunnen voorkomen bij cavia’s die veel op harde ondergrond lopen of bodembedekking hebben die te hard of scherp voor hen is. Er ontstaan dan verdikkingen en ontstekingen van de voetzolen. Dit heten zoolzweren of pododermatitis. Vooral cavia’s die te dik zijn en cavia’s die te weinig bewegen hebben hier snel last van.
De ontstekingen kunnen helemaal doortrekken naar de botten van de cavia. Pododermatitis is pijnlijk voor het dier en kan, zeker in verder gevorderde stadia, lastig te behandelen zijn. Voorkom het daarom door de juiste ondergrond en bodembedekking te kiezen, te zorgen dat deze schoon blijft en niet vochtig is, te voorkomen dat uw cavia te dik wordt en te zorgen dat deze voldoende beweging krijgt.
Haarloze cavia’s lopen sneller huidwondjes op, bijvoorbeeld door krabben, scherpe hooidelen of door bijtwondjes. Verzorg deze goed en ontsmet ze met een middel dat geschikt is voor gebruik bij dieren; vraag advies aan uw dierenarts. Bij zeugjes treedt bij tot wel één op de vijf dieren tweezijdige kaalheid op, waarbij de kans groter wordt op oudere leeftijd.
- Deze kaalheid gaat niet gepaard met jeuk.
- Het komt door te veel productie van geslachtshormonen door aanwezigheid van cysten (met vocht gevulde holten) op de eierstokken.
- Soms kan kaalheid het enige effect zijn, maar er kunnen ook meer problemen optreden, bijvoorbeeld met de baarmoeder.
- Een oplossing is om de eierstokken te verwijderen; soms zijn ook hormoonbehandelingen mogelijk.
Overleg met uw dierenarts wat voor uw cavia de beste behandeling is. Het op jonge leeftijd preventief castreren van vrouwelijke cavia’s voorkomt dat de cavia op latere leeftijd cysten op de eierstokken ontwikkelt. De castratie zelf is echter niet zonder risico, omdat het een echte operatie is.
- Ies als u beslist voor castratie in elk geval een dierenarts die ervaring heeft met het castreren van vrouwelijke cavia’s.
- Ale plekken kunnen ook ontstaan doordat cavia’s aan hun eigen of elkaars haar knabbelen.
- Dit wordt ‘barberen’ genoemd.
- Er zijn dan afgebroken haren te zien.
- Cavia’s kunnen dit doen uit verveling of stress, maar binnen een groep komt het ook voor dat de dominante cavia aan het haar van de andere cavia’s eet.
Zorg ervoor dat de cavia’s veel hooi en knaagspeelgoed hebben. Ook parasieten veroorzaken soms kale plekken. Huidaandoeningen door parasieten komen regelmatig voor, vooral bij jonge dieren die veel in contact zijn geweest met andere cavia’s. Het is belangrijk om naar uw dierenarts te gaan als u een huidaandoening ontdekt bij uw dieren, want ze kunnen veel last veroorzaken en bovendien soms besmettelijk zijn voor uzelf.
- De schurftmijt (T rixacarus caviae ) geeft erge jeuk, waardoor de dieren gaan krabben en schuren en er kale plekken ontstaan.
- In extreme gevallen kan een geïnfecteerde cavia zelfs epileptiforme aanvallen krijgen van de ernstige jeuk.
- De mijt kan soms een tijd aanwezig zijn zonder dat er klachten zijn en dan toeslaan als de weerstand van de cavia verzwakt is, bijvoorbeeld door andere aandoeningen of door stress.
Ook mensen kunnen besmet worden door deze schurftmijt en huidklachten krijgen. De vachtmijt ( Chirodiscoides caviae ) komt wat minder vaak voor. Deze mijt kan kale plekjes geven met korstjes, vooral op de rug en heupen en in de liezen. Doordat de mijt lichte jeuk veroorzaakt waardoor de cavia zich zal willen poetsen, kunnen de losse haren opgelikt worden die dan tussen de tanden kunnen komen te zitten.
De cavia kan hierdoor stoppen met eten. Er kunnen bij cavia’s twee soorten luizen voorkomen: Gliricola porcelli en Gyropus ovalis, Ze zijn pas merkbaar bij grote aantallen of bij verzwakte cavia’s. De vacht wordt ruw en rommelig en er kunnen schilferige, kale plekjes met korstjes ontstaan, vooral rond de oren en op de rug.
Cavia’s, en vooral jonge dieren, zijn vatbaar voor ringworm, een schimmelinfectie ( Trichophyton mentagrophytes ). Dit is ook besmettelijk voor mensen. Geregeld dragen de dieren de schimmel bij zich zonder symptomen, deze komen dan pas tot uiting bij verminderde weerstand door bijvoorbeeld ontoereikende huisvesting met te veel dieren bij elkaar, te hoge temperaturen, vochtigheid of stress.
Er ontstaan kale plekken met schilfers of korstjes, vaak eerst op de kop en later ook op rug en poten. Luchtwegaandoeningen worden regelmatig gezien bij cavia’s, vooral als ze in een te vochtige omgeving leven. Vaak worden ze veroorzaakt door de bacteriën Bordetella bronchiseptica of Streptococcus pneumoniae,
Bordetella kan door konijnen worden overgedragen op cavia’s, zonder dat de konijnen er zelf last van hebben. Bij stress zijn de dieren extra vatbaar, en jonge dieren hebben meer kans om ziek te worden. Symptomen zijn moeilijk ademen, uitscheiding uit de neus en bij de ogen en minder goed eten.
Schakel uw dierenarts in zodra u dit bemerkt. Cavia’s kunnen blaasstenen krijgen. Ze kunnen dan minder gaan eten, rode urine hebben doordat er bloed in zit omdat de blaas ontstoken raakt, en in ernstige gevallen niet meer goed kunnen plassen. Blaasstenen kunnen meerdere oorzaken hebben, een overmaat aan calcium in de voeding is er één van.
Daarom moet na behandeling vaak het voer worden aangepast in overleg met de dierenarts (zoals alleen nog groenvoer en geen brokjes meer). Roodgekleurde urine kan overigens ook komen door kleurstoffen in de groenten. Een ziekte die soms bij cavia’s kan voorkomen is een infectie met Chlamydia caviae,
Dit veroorzaakt oogontsteking en soms een luchtweginfectie. Het wordt niet vaak gezien, maar het is wel besmettelijk voor mensen, die er zowel oogontsteking als longontsteking van kunnen krijgen. Bij satijncavia’s, die een speciale, glanzende vacht hebben, komt satijn syndroom voor. Dit is een stofwisselingsziekte die o.a.
de botten aantast. De ziekte kan zich op elke leeftijd openbaren en begint vaak met afwijkingen aan het gebit en moeilijk bewegen. De dieren proberen vaak hun pootjes te ontzien, bijvoorbeeld door te gaan liggen of door ze omhoog te trekken. Ook worden de botten broos, waardoor ze sneller dan normaal kunnen breken.
- De cavia’s blijven kleiner en lichter en worden minder oud dan gezonde cavia’s.
- Satijnziekte is een erfelijke afwijking en er is geen behandeling tegen.
- Enmerken ervan worden ook gezien bij dragers van de satijnfactor, die zelf geen satijnvacht hebben.
- Om de exacte oorzaken van het satijn syndroom te achterhalen en wellicht de ziekte bij het fokken te kunnen voorkomen is meer onderzoek nodig.
Raadpleeg bij twijfel over de gezondheid van uw cavia’s uw dierenarts en wacht daarmee niet te lang. Voor het op een verantwoorde wijze houden van dit huisdier is geen specifieke ervaring nodig. Voor beginnende caviahouders zijn langharige en kale cavia’s minder geschikt, vanwege de intensieve (vacht)verzorging.
Verdiep u vooraf goed in de behoeften van de cavia’s. Cavia’s kunt u aanschaffen bij een dierenspeciaalzaak, een fokker of bij een asiel of knaagdierenopvang. Let op of de cavia alert en levendig is, een schone, goed aangesloten vacht (zonder kale plekken) en schone oren, ogen en neus heeft. Controleer of de tanden niet doorgegroeid zijn en goed op elkaar aansluiten.
Check de poten op wondjes of zwellingen. De ontlasting moet stevig, vrij droog en langwerpig zijn. Kijk ook of de cavia niet te mager is; de ribben mogen niet te duidelijk voelbaar zijn. Een gezonde jonge cavia zal vaak eerder voor u vluchten dan naar u toe komen.
Denk hieraan als u een cavia uitzoekt. Zoekt u gezelschap voor uw oudere cavia, dan kan men u bij de knaagdierenopvang vaak helpen om een cavia te vinden die goed met uw eigen cavia combineert. De prijs van een cavia kan variëren, mede afhankelijk van het ras, en loopt uiteen van een tot enkele tientjes.
Een grote caviakooi, compleet ingericht met huisje, drinkflesje en voerbak is te koop vanaf ongeveer 100 euro. Een eenvoudige ren kost enkele tientjes. Een goed verblijf voor permanente huisvesting buiten is aanzienlijk duurder, afhankelijk van hoe u dit wilt inrichten.
Hoewel men soms een konijn en een cavia bij elkaar zet, is dat in de meeste gevallen niet aan te raden. Ze begrijpen elkaar niet, het konijn kan de cavia verwonden, ze hebben beide ander voer nodig en soms eet de cavia aan de vacht van het konijn. Konijnen en cavia’s kunnen ook ziekten op elkaar overdragen. Geef uw cavia daarom een soortgenoot als gezelschap! Overweegt men een cavia te kopen met een apart vachttype, sta er dan bij stil dat zo’n vacht niet altijd even fijn is voor het dier zelf. Zo kan een lange of krullende vacht veel vachtverzorging vergen, snel vies worden en gaan klitten, het voor de cavia moeilijker maken een juiste lichaamstemperatuur te handhaven en het dier beperken in zijn bewegingsvrijheid en zicht. Ook een haarloze cavia is kwetsbaarder en stelt eigen eisen aan verzorging en huisvesting.
Waar kan een cavia niet tegen?
Kooi – Het zijn groepsdieren, dus je moet minstens twee cavia’s bij elkaar houden. Het hok moet minimum een oppervlakte van 150 x 50 cm hebben. In het wild kunnen ze goed springen en klimmen, maar tamme cavia’s doen dit niet. Een opstaande kooirand van 30 cm hoog is daarom voldoende.
- De dieren moeten wel de mogelijkheid krijgen om te rennen.
- Een grote ren, al dan niet gekoppeld aan het hok, is noodzakelijk.
- Als de ren losstaat van het hok, dan moet je een schuilhokje in de ren voorzien.
- Cavia’s hebben graag een plekje waar ze zich kunnen terugtrekken, zodat ze zich veilig voelen.
- Voor de juiste plaats van het hok moet je rekening houden met een aantal factoren.
Cavia’s kunnen niet goed tegen koude of warmte. De ideale temperatuur is 18 tot 24 °C. Plaats de kooi niet naast een warmtebron, in de tocht, in het donker of op de grond. De kooi moet minstens 20 cm van de grond of op een tafel staan. Zet de cavia’s in een ruimte waar je zelf regelmatig verblijft, zodat de dieren jou vaak zien.
- Cavia’s kan je wel buiten houden in een waterdicht hok dat bestand is tegen stevige wind.
- Voorzie een dikke laag bodembedekking en hooi.
- Hou er rekening mee dat bij vriesweer ook het drinkwater bevriest.
- Het is daarom beter om het hok binnen te zetten als het vriest.
- Bij zonnig weer moeten de dieren een schaduwplek hebben.
Let er op dat de temperatuur in het hok niet teveel oploopt en dat er voldoende fris drinkwater is.
Wat drinken cavia’s?
Wat drinken cavia’s? Cavia’s drinken voornamelijk water, schoon en vers water uit hun drinkfles. Hoewel cavia’s veel vocht uit hun voeding halen, hebben ze ook een drinkfles nodig voor wanneer ze dorst hebben.
Is andijvie goed voor cavia?
- In Nederland wordt andijvie het hele jaar door geteelt.
- De winterteelt is van augustus tot en met september, voorjaarstteelt is van februari tot april en beide vinden plaats in kassen.
- De zomerteelt, van mei tot en met augustus, is buiten, in de volle grond, en de herfstteelt, van juli tot en met augustus, kan zowel in de volle grond of in de kassen.
Op die manier kunnen we het hele jaar door andijvie kopen voor onze cavia’s. De teelt in de kassen zorgt er wel voor dat de andijvie duurder is want de kassen moeten warm gehouden worden. Latijnse naam De Latijnse naam van andijvie is is Cichorium endivia.
- De andijvie is familie van de witlof, ook al een groente die cavia’s erg lekker vinden.
- De Latijnse naam van witlof is Cichorium intybus.
- De eerste naam ‘Cichorium’ is voor beide gelijk, wat inhoudt dat ze famile zijn.
- Vitaminen In andijvie zitten allerhande vitaminen: betacaroteen, calcium, eiwit, foliumzuur, kalium, magnesium, natrium, selenium, vitamine B, vitamine D, vitamine E, ijzer, zink.
Rauw eten Ook mensen kunnen andijvie rauw eten: het gele hart van de frise-andijvie wordt vaak in een salade gegeten en andijvie wordt vaak rauw in een stamppot gegeten. Cavia’s kunnen zowel de gewone andijvie als de frise-andijvie eten. Bloeiende andijvie Andijvie heeft de neiging om snel bloemstengels te maken. Langer plezier van de andijvie Andijvie kun je in de koelkast bewaren maar ook daarbuiten. In de koelkast blijft het langer goed als de temperatuur in de keuken aan de hoge kant is, zoals in het geval van de zomer (of een hittegolf). In de winter, als de keuken toch al niet warm is, kun je andijvie gerust buiten de koelkast bewaren.
- Andijvie is ook prima houdbaar in de bijkeuken of schuur.
- Let er wel op dat als je het aan je cavia’s geeft uit de koelkast, de andijvie koud is.
- Dat hoeft geen probleem te zijn, maar dat kan het wel zijn.
- In de zomer, als de verschillen tussen de temperatuur van de cavia (warm) en de andijvie (koud) erg verschillen, kan het tot diarree leiden.
De koude andijvie kan er echter ook voor zorgen dat de cavia afkoelt en niet te veel lijdt onder een hittegolf. Je moet het dus in de gaten houden en bepalen wat voor jouw cavia’s het beste is. Bewaartijd Veel winkels zeggen dat andijvie maximaal twee weken houdbaar is, maar je kunt het gerust langer bewaren.
Als dat lukt, natuurlijk! Vaak zal de andijvie al veel eerder opgegeten zijn door je cavia’s! Maar je kunt andijvie eigenlijk net zolang bewaren als je wilt. Zolang de bladeren niet bruin worden of gaan rotten, is er niets aan de hand en is de andijvie gewoon eetbaar. Haal meer uit andijvie Als je andijvie langer wilt bewaren, maar ook als je meer uit andijvie wilt halen, kun je de andijvie in water zetten.
Tenslotte is andijvie een plant en het zal gewoon water opzuigen als je het in een vaas of een pot zet. Daarvoor dien je wel de onderkant van de andijvieplant een stukje af te snijden. Het onderste deel van de andijvie, daar waar hij aan de wortel vast zat voor hij afgesneden werd, droogt in en kan dan geen water meer opnemen.
Daarom moet je dat eraf snijden. Omdat planten ook water opnemen via de bladeren, kun je de andijvie ook nat maken. Wat goed werkt, is de plant onderdompelen in water, zodat alles nat is, dan goed uitschudden en dan in een vaas zetten nadat de onderkant een stukje hebt afgesneden. Een alternatief is om de andijvie nat en wel in een plastic zak te doen, die je dan eventueel in de koelkast kunt leggen.
Omdat de andijvie water opneemt, zullen de bladeren steviger worden, en de plant zal gaan groeien. Zo heb je meer andijvie voor je geld! Andijvie langer goed houden of verlepte andijvie opknappen Soms is andijvie verlept of gaat hij verleppen als je hem enige tijd hebt.
- Soms ook kun je goedkoper andijvie kopen omdat de groente verlept is en niet meer mooi is.
- De winkelier of groenteman wil er dan graag vanaf en verkoopt het onder de prijs.
- Misschien heb je ooit wel gedacht dat je er dan niets meer aan hebt, maar niets is minder waar! Want een verlepte krop andijvie kun je heel makkelijk weer opknappen.
Maar ook andijvie die nog goed is, kun je een oppepper geven door onderstaande stappen te volgen.
Een krop andijvie heeft aan de onderkant een stukje dat ooit vastzat aan de wortel (die in de grond zat) en waardoor hij water opzoog. Als dat is geknipt, droogt dat uit en kan hij er geen water meer mee opnemen. Dat dien je er dus af te snijden. |
table>
table>
table>
table>
table>
table>
table>
Rottende bladeren Andijvie krijgt soms rottend blad. Dat kan komen door verkeerde omstandigheden bij het bewaren in de winkel of bij jou. Gekneusd blad is bevatterlijker voor rot dan hele bladeren. Ook beestjes kunnen zorgen voor rot. Soms koop je een krop andijvie en dan blijkt thuis dat een deel, soms het binnenste en soms een paar bladeren, aan het rotten zijn.
- Je hoeft de krop dan niet weg te gooien: je verwijdert gewoon het deel dat niet goed meer is en je kunt de rest gewoon gebruiken.
- Soms zit er een blad van een boom tussen; dat kun je gewoon verwijderen.
- Soms ook zit er een slak op.
- Ook die kun je gewoon verwijderen (in de tuin zetten of in het plantsoen als je geen tuin hebt) en de rest van van de andijvie kun je dan gewoon gebruiken.
Ook kun je soms dode vliegjes aantreffen in de andijvie; die kun je gewoon afspoelen. En er kan ook modder of zand in de andijvie zitten; ook dat kun je gewoon afspoelen of je kunt de krop even onderdompelen in water en de bladeren flink heen en weer bewegen zodat al het vuil eraf is.
Sommige caviabaasje geven de andijvie met zand, modder en vliegen en al aan de cavia’s omdat dat zo gezond zou zijn omdat ze immers in het wild (Zuid-Amerika) ook niets te kiezen hebben als het om eten gaat. Echter: op het moment dat je een dier in huis neemt, leeft hij niet meer in het wild, en dan gelden die regels niet meer.
Want als je het helemaal wilt doen zoals het in het wild gaat, moet je ze in het wild laten en niet in huis nemen!
Hier zie je een krop andijvie met een rottend blad erin. Het heeft diverse bladeren aangetast. |
table>
/td>
Waar kan een cavia niet tegen?
Kooi – Het zijn groepsdieren, dus je moet minstens twee cavia’s bij elkaar houden. Het hok moet minimum een oppervlakte van 150 x 50 cm hebben. In het wild kunnen ze goed springen en klimmen, maar tamme cavia’s doen dit niet. Een opstaande kooirand van 30 cm hoog is daarom voldoende.
De dieren moeten wel de mogelijkheid krijgen om te rennen. Een grote ren, al dan niet gekoppeld aan het hok, is noodzakelijk. Als de ren losstaat van het hok, dan moet je een schuilhokje in de ren voorzien. Cavia’s hebben graag een plekje waar ze zich kunnen terugtrekken, zodat ze zich veilig voelen. Voor de juiste plaats van het hok moet je rekening houden met een aantal factoren.
Cavia’s kunnen niet goed tegen koude of warmte. De ideale temperatuur is 18 tot 24 °C. Plaats de kooi niet naast een warmtebron, in de tocht, in het donker of op de grond. De kooi moet minstens 20 cm van de grond of op een tafel staan. Zet de cavia’s in een ruimte waar je zelf regelmatig verblijft, zodat de dieren jou vaak zien.
Cavia’s kan je wel buiten houden in een waterdicht hok dat bestand is tegen stevige wind. Voorzie een dikke laag bodembedekking en hooi. Hou er rekening mee dat bij vriesweer ook het drinkwater bevriest. Het is daarom beter om het hok binnen te zetten als het vriest. Bij zonnig weer moeten de dieren een schaduwplek hebben.
Let er op dat de temperatuur in het hok niet teveel oploopt en dat er voldoende fris drinkwater is.
Is brood goed voor cavia’s?
Veel konijnen en cavia’s krijgen brood. Dit bevat veel koolhydraten en komt niet ten goede aan de gezondheid van uw konijn/cavia. Laat het brood dus liever achterwege.
Hoe vaak moet je de kooi van een cavia verschonen?
Hoe vaak moet je het caviahok schoonmaken? Verschoon de kooi, drinkfles (inclusief nippel) en voerbakjes minstens een keer per week. Geef je cavia’s dagelijks schoon water en haal de restjes groenvoer iedere dag weg.
Kunnen cavia’s verdrietig zijn?
EEN OVERLEDEN CAVIA Na een lang ziekbed met intensieve zorg heb jij je best gedaan, maar heeft jouw cavia het toch niet gered. Het gebeurt. Ook kan het zijn dat jouw cavia gisterenavond nog de vrolijke bedelende snoepkont was, maar dat je jouw lieverd vanochtend levenloos in het verblijf aantrof.
- Ook dat gebeurt.
- Net als ook andere verwachte en onverwachte gebeurtenissen omtrent het overlijden van een cavia plaatsvinden.
- Terwijl vooral jouw verdriet overheerst, zijn er wat praktische zaken die fijn zijn om alvast te weten.
- Op deze pagina lees je meer over afscheidnemen en wat je kunt doen met de achtergebleven huisgenoot van jouw cavia en het stoffelijk overschot.
Moet een caviamaatje ook afscheid nemen van de overleden cavia? Cavia’s zijn groepsdieren en leven dus met een andere soortgenoot (of meerdere dieren) in een verblijf. Veel eigenaren laten het maatje vaak nog even bij het overleden dier, zodat de achterblijver afscheid kan nemen.
- Of het nodig is of het andere dier helpt is niet evident.
- Voor ons mensen is afscheid nemen van belang en dus zou het ook een rol kunnen spelen bij dieren.
- Feitelijk is het belang ervan bij cavia’s niet bekend.
- Wel is er iets om op te letten.
- Is jouw cavia bijvoorbeeld aan een besmettelijke ziekte overleden? Dan kun je het beter niet doen, want dan is er kans dat het gezonde dier besmet raakt en ook ziek wordt.
Weetje: Wist je dat een gezond dier zijn liggende overleden cavia-huisgenoot nog weleens probeert te stimuleren? Ze kunnen dan de ander krabben met hun pootje of knabbelen aan het oortje van de ander om de ander wakker te maken. Mocht je dus ooit een overleden cavia met een aangeknabbeld oortje aantreffen, dan komt dat omdat het maatje de zieke of overleden cavia heeft geprobeerd wakker te maken.
- Een overgebleven cavia? Cavia’s zijn groepsdieren.
- Dus als een cavia alleen komt te zitten na het overlijden van zijn huisgenoot, dan is het belangrijk om alvast na te denken over een nieuw maatje voor de achterblijver.
- Ook nu zijn er een aantal belangrijke zaken waar je alvast over na kunt denken en als het eenmaal nodig is rekening mee kunt houden.
Sommige cavia’s gaan in – iets wat wij mensen zouden benoemen als – rouw. Of het rouw is zoals mensen die kennen, is niet zeker. Deze rouwende cavia’s gaan zich anders gedragen na het overlijden van hun soortgenoot. Ze gaan minder eten, zich meer terugtrekken, zijn minder actief gedragen etc.
- Soms worden cavia’s juist actiever (meer alert) en blijven ze zoeken naar de andere cavia en hoor je ze regelmatig roepen (hoog piepen of fluiten).
- In beide situaties is het raadzaam snel een nieuw maatje te zoeken of kopen.
- Ook al ben jij er zelf nog helemaal niet aan toe.
- De opvangcentra zitten zeer vol, dus de kans is groot dat ook jij een dier uit een knaagdieropvangcentrum overweegt.
Een nieuw dier kan een drager zijn van ziekten of een onzichtbare ziekte onder de leden hebben. Wil je nieuwe ziekte voorkomen, dan is het belangrijk om een nieuw dier eerst 5 dagen in quarantaine te plaatsen, voordat je de nieuwe cavia kennis laat maken met de achterblijver.
- Helaas heeft quarantaine geen garanties en ook een nadeel.
- Meestal wil je een koppeling maken en beoordelen of deze succesvol is.
- Stel je voor dat de twee dieren na een tijdje alleen te hebben gezeten, elkaar niet kunnen uitstaan en gaan vechten? Dan moet je opnieuw opzoek naar een ander dier.
- In de praktijk worden dieren vaak gekoppeld en dus direct daarna bij elkaar gezet.
Wees er dan extra bedacht op dat er ziekte kan optreden. Bij twijfel kun je nieuwe dieren ook na laten kijken door de dierenarts. Begraven, cremeren of ? Wat te doen met het stoffelijk overschot van jouw overleden cavia. En wat mag je doen? Een cavia kun je begraven of cremeren.
Ook de dierenarts kan jou ook helpen het stoffelijk overschot af te voeren. Het is aan jou waar jij het meeste voor voelt. Begraven Misschien heb je een mooie plek in jouw eigen tuin, waar je het dier aan de aarde wilt toevertrouwen. Het voordeel is dat je dan een fysieke plek hebt om het dier te herdenken.
Een nadeel is dat als je gaat verhuizen het dier achterlaat. Sommige eigenaren begraven hun dier in een hele grote bloembak op een balkon, bijvoorbeeld als zij geen tuin hebben of het begraven dier later nog willen kunnen verplaatsen. Crematie Iedere regio heeft wel een dierencrematorium waar jij jouw dier naar toe kunt brengen.
Je kunt dit het beste even opzoeken via Google of een andere zoekmachine. Bij een crematorium bieden ze verschillende mogelijkheden. Vaak kun je ook om haren en pootafdrukken vragen. Verder kun jij de cavia individueel, collectief en zelfs anoniem laten cremeren. Wat dit precies betekent? Bij een individuele crematie wordt jouw cavia gescheiden van andere dieren gecremeerd.
Het is dan mogelijk om de as van jouw dier in een urn mee te krijgen. Of een deel van de as in een sierraad te laten plaatsen. Soms is er ook mogelijkheid om een crematie bij te wonen. Bij een collectieve crematie wordt de cavia meestal gecremeerd in een kleine groep dieren, gelijktijdig naast elkaar in de oven.
- De as wordt dan vaak uitgestrooid op een speciaal veld.
- Het is dan niet mogelijk om as mee te krijgen.
- Bij een anonieme crematie wordt de cavia anoniem gecremeerd met een grotere groep andere dieren.
- Ook dan is niet mogelijk om asresten terug te ontvangen.
- Een anonieme crematie is een waardig alternatief wanneer je niet wilt dat jouw overleden huisdier wordt verwerkt op een destructiebedrijf.
Watercrematie Een nieuwe manier van cremeren is de watercrematie of resomeren. Hierbij wordt een waterstroom, een bepaalde temperatuur en alkali gebruikt. Bij het resomeren blijven ook de beenderen over, maar de overblijfselen van de beenderen lijken na verwerking op fijn poeder en bevatten geen zwart, verkoold as of grote botfragmenten.
- Resomeren is een mileuvriendelijke manier van cremeren.
- Er worden namelijk geen broeikasgassen uitgestoten en het is niet giftig.
- Deze nieuwe techniek is alleen nog niet in iedere regio beschikbaar.
- Verder zijn de verschillende mogelijkheden vergelijkbaar met de opties zoals hierboven beschreven onder het kopje crematie.
Wetenschappelijk onderzoek Misschien dat je het al eens hebt gezien bij jouw dierenarts. De poster met de mogelijkheid om jouw overleden dier af te staan aan de Faculteit Diergeneeskunde, In het kader van het Dierdonorcodicil worden bij de Faculteit overleden huisdieren, uitsluitend met jouw toestemming, ingezet voor onderwijs aan diergeneeskunde studenten.